Bron

Div

7 maart 2024 thema-middag TVD e.a. over onder andere zero-emissiezones

12 februari 2024

Donderdag 7 maart (14:00 – 17:00) organiseert de TVD (de branchevereniging van Nederlandse Tentenverhuurbedrijven) een kennismiddag met als centraal thema ‘Milieu-elementen en de evenementensector’.

Dit doen ze in samenwerking met de VVEM (Vereniging van EvenementenMakers), VTTE (Vereniging Technisch Toeleveranciers Evenementen), FOH (Front of House) en de VNPF. Deze middag is van belang voor podia en organisatoren (techniek, productie en logistiek), constructeurs, (toe)leveranciers, tentenbouwers, maar ook gemeenten (beleidsmedewerkers), brandweer, veiligheidsregio’s en andere overheden zullen aanwezig zijn.

Deelname

Deelname is gratis. aanmelden is verplicht. Meld je hier aan.

Zero-emissiezones

Wij zijn vooral aangehaakt vanwege de zero-emissiezones. Waarmee we zeker niet willen zeggen dat die andere onderwerpen niet van belang zijn. We gaan voor de zero-emissiezones deze middag geen oplossing vinden, maar hopen wel met alle betrokken hierover in gesprek te kunnen.

De invoering van zogeheten zero-emissiezones in, voorlopig, 29 binnensteden leidt tot hoofdbrekens bij betrokkenen. De meest vervuilende bestelbussen en vrachtauto’s op diesel mogen deze zones vanaf 2025 niet meer in.

Leveranciers, dus ook artiesten en of (techniek)leveranciers, moeten dus overstappen op elektrisch vervoer, maar dat is niet zomaar geregeld én duur. En voor de ontvangers van leveringen, VNPF-leden dus, geldt dat zij waarschijnlijk meer moeten gaan betalen. Gemeenten kunnen vanaf 1 januari 2025 een zero-emissiezone aanwijzen in de binnenstad. 29 Gemeenten hebben inmiddels besloten dat zo’n zone er komt of zijn bezig met de besluitvorming. De meeste van deze zones komen in de Randstad, in de provincies Friesland en Zeeland staat er voorlopig niet één op de rol (een overzichtskaart staat hier).

Overgangstermijn bij zero-emissiezones

Het idee achter de zones is het stimuleren van duurzaam ondernemen. In de binnensteden waar een zero-emissiezone geldt, mogen de meest vervuilende bestelbussen en trucks vanaf 2025 per direct niet meer inrijden. Voor andere bedrijfsauto’s geldt er een overgangstermijn. Dit hangt af van de Europese uitstootnorm waarbinnen de motor van de bestelbus of vrachtauto valt. Via deze emissieklasses (van Euro 1 tot en met de meest recente Euro 6) verplicht de Europese Unie autobouwers om steeds schonere motoren te produceren. Voor bestelbussen of trucks die een motor hebben die onder Euro 1 tot en met Euro 4 valt, is de zero-emissiezone vanaf 2025 taboe. Voor andere uitstootklassen geldt er een overgangstermijn:

  • Bestelauto met Euro 5: tot 1 januari 2027.
  • Bestelauto met Euro 6: tot 1 januari 2028.
  • Vrachtwagen met Euro 6 (een zogeheten ‘bakwagen’ of ‘laadwagen’): tot 1 januari 2030, als de truck op 1 januari 2025 maximaal 5 jaar oud is.
  • Vrachtwagen met Euro 6 (een ’trekker’): tot 1 januari 2030, als de vrachtauto op 1 januari 2025 maximaal 8 jaar oud is.

Overigens is de zero-emissiezone weer wat anders dan een milieuzone. Die bestaan al veel langer en kunnen ook gelden voor personenauto’s.

Langere levertijden elektrische trucks

De invoering van deze zones betekent dat leveranciers die in deze binnensteden moeten zijn, zich dus moeten aanpassen. Op papier is de oplossing simpel: overstappen naar emissie-loos vervoer. Maar de praktijk is een stuk weerbarstiger. Zo loopt de productie van bijvoorbeeld elektrische trucks nog sterk achter bij die van dieseltrucks, waardoor er lange levertijden zijn. Ook zijn elektrische vrachtwagens nog flink wat duurder dan de dieselvarianten.

Geen Laadnetwerk

En als de elektrische truck dan wordt geleverd, dan moet die ook ergens kunnen opladen. Maar het laadnetwerk hiervoor is nog niet erg uitgebreid. Wat ook nog kan meespelen, is dat het stroomnet op sommige plekken al ‘vol’ zit. Ondernemingen die een nieuwe aansluiting willen, komen dan op de wachtlijst. Daardoor is het aanleggen van laadinfrastructuur op het bedrijfsterrein lastig.

Bedrijfsvoering aanpassen op elektrisch vervoer

Voor ondernemers blijkt het bovendien lastig om het elektrische vervoer in te passen in de bedrijfsvoering. Een transportondernemer die al jaren met dieseltrucks rijdt, weet ook precies wat ongeveer de levensduur is van zo’n truck, wat de kosten zijn, enzovoorts. Daar valt mee te rekenen.

Maar voor de nieuwere vervoersmiddelen zijn deze sommen nog niet uitgekristalliseerd. Dat maakt het moeilijk vooruitkijken, en dus ook moeilijk inschatten of een investering rendabel genoeg is.

Daarnaast is elektrisch vervoer nu nog duurder in de aanschaf en in gebruik dan de dieselversie. Dat betekent dat leveranciers meer kosten maken, die ze niet (volledig) kunnen doorberekenen aan hun klanten, omdat ze zich dan uit de markt prijzen. Een gedeeltelijke kostenstijging ligt echter wel voor de hand, waardoor dus de kosten voor leveringen (of pakketten) zullen stijgen, en mogelijk niet alleen voor klanten in de binnensteden.

Subsidies voor elektrische trucks en bestelbussen

Kortom: er zijn nog een hoop problemen op te lossen voordat ondernemers makkelijk kunnen gaan voldoen aan de nulemissie. Wat dat betreft probeert de overheid wel een helpende hand te bieden, met subsidies. Zo is er de AanZET-regeling voor elektrische trucks, maar daarbij was de subsidiepot eerder dit jaar in één dag leeg. Ook is er de SEBA-tegemoetkoming voor emissieloze bestelbussen. Van deze regeling heeft de subsidiepot afgelopen 29 augustus de bodem bereikt. Volgend jaar is er weer nieuw geld beschikbaar voor deze subsidies. Wel kunnen ondernemingen dit jaar nog de verschillende soorten investeringsaftrek en de willekeurige afschrijving benutten om fiscaal voordelig te investeren in een schonere bedrijfswagen.