Antwoorden op nadere vragen uitgangspunten Cultuursubsidies 2025-2028
16 mei 2024
Staatssecretaris Gräper-van Koolwijk (OCW) geeft antwoorden op nadere vragen van de PVV fractie naar aanleiding van de Kamerbrief van 4 maart 2024 over de Uitgangspunten Cultuursubsidies 2025-2028.
In dit antwoord benadrukt de staatssecretaris dat noch zij, noch het ministerie van OCW, gaat over welke cultuuruitingen aan de subsidiecriteria -waaronder inhoudelijke kwaliteit en maatschappelijke betekenis- voldoen en wel of niet in aanmerking komen voor rijkssubsidie. Deze taak ligt bij de Raad voor Cultuur en de Rijkscultuurfondsen, waar onafhankelijke commissies de aanvragen voor subsidie beoordelen en onderling vergelijken langs de vooraf vastgestelde criteria.
De staatssecretaris schrijft: ‘Ik sta voor een toegankelijke sector van en voor iedereen in Nederland, overal in Nederland. Dit brengt mij op een belangrijk doel van het cultuurbeleid naast kwaliteit, namelijk verscheidenheid. Een keur aan genres en disciplines kent een plek in het gesubsidieerde culturele aanbod. Ook richt het cultuurbeleid zich op de volle breedte van het culturele en creatieve leven in Nederland. Denk hierbij bijvoorbeeld aan beoefening van cultuur door liefhebbers en amateurs en aan cultuureducatie op scholen en door instellingen.’
Lees hier de Reactie op schriftelijk overleg formele Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport
Lees hier de Beantwoording Kamervragen n.a.v. SO formele OJCSRaad 13 en 14 mei 2024