Handreiking: hoe bouw ik een relatie op met een begunstiger?
17 mei 2022
“Of je gebaat bent bij een mecenas, hangt af van je praktijk.” vertellen professor Helleke van den Braber en junior onderzoeker Maaike van Leendert.
Met mecenas wordt begunstiger, beschermheer of geldschieter bedoeld. Privépersonen die kunstenaars ondersteunen bestaan al eeuwen en kunnen ook vandaag de dag een manier zijn om je organisatie te verstevigen. In ruil voor die steun verwacht de geldschieter meestal wel het een en ander terug: het is goed om je daar bewust van te zijn, voor je zo’n relatie aangaat.
Prof. dr. Helleke van den Braber doet als hoogleraar Mecenaatstudies aan de Universiteit Utrecht onderzoek naar geefrelaties tussen kunstenaars en weldoeners. Samen met onderzoeker Maaike van Leendert vertelt ze over de kansen én de valkuilen van het vragen.
Wat is mecenaat?
Een mecenas is iemand die een kunstenaar of organisatie ondersteunt in materieel en sociaal opzicht. Die steun kan bestaan naast inkomsten uit de verkoop van je werk en subsidies. Maar hoe bouw je een duurzame relatie op, en hoe kom je erachter of het überhaupt wel iets voor jullie is?
In de geefrelatie staat het kunstwerk en/of de presentatie van dat kunstwerk centraal: de mecenas maakt (mede) mogelijk dat de kunstenaar een werk creëert en/of dat het getoond wordt. Maar ook de mecenas krijgt er van alles voor terug. Wederkerigheid is de smeerolie van een geefrelatie, aldus Van den Braber. Beide partijen geven én ontvangen in gelijke mate. Daarmee wordt meteen het eerste misverstand over het mecenaat uit de weg geruimd: dat er steeds een duidelijke gever (de mecenas) en vrager (de kunstenaar of organisatie) is. Andere misverstanden zijn dat het altijd om rijke mensen gaat die succesvolle kunstenaars en culturele organisaties ondersteunen, en dat zo’n relatie vooral om geld draait. Maar ook het steunen van beginnende kunstenaars met kleine bedragen, bijvoorbeeld via platformen als Voordekunst of Patreon, valt onder mecenaat. En vaak is sociale ondersteuning (erkenning, aanmoediging, toegang tot sociale netwerken) minstens even belangrijk als financiële ondersteuning.
Een andere misvatting is dat geld vragen makkelijk is. Vraagcultuur maakt kunst(presentatie) kwetsbaar en kan bijdragen aan een imago van een hulpbehoevende sector die veel kost en weinig oplevert. Kunstenaars en culturele organisaties voelen zich er vaak niet prettig bij om zich afhankelijk te voelen van filantropen en door hen ‘gered’ te worden. En in hoeverre kan je autonoom, kritisch en onafhankelijk blijven met zo’n weldoener?
De geefrelatie onder de loep: wederkerigheid in drie stappen
Een geefrelatie bestaat uit verschillende ingrediënten.
- Ten eerste een maker of organisatie die aangeeft dat er support nodig is.
- Ten tweede een bewonderaar die zich met het werk of de organisatie identificeert: dat kan een verzamelaar/liefhebber zijn, maar ook een vriend of familielid.
- Ten derde is er een kunstwerk of kunstpraktijk nodig dat de partijen bijeenbrengt, liefst tijdens momenten van contact en uitwisseling zoals een concert of ander programma.
- Ten slotte moeten beide partijen bereid zijn om hun vraagschaamte en geefgêne te overwinnen. Zowel mecenas als kunstenaar en/of culturele organisatie moeten groeien in die rol.
De ideale relatie is gebaseerd op gelijkwaardigheid en vertrouwen. De mecenas moet geïnteresseerd en betrouwbaar zijn, nieuwe mogelijkheden openen, én vertrouwen hebben in de culturele organisatie. De culturele organisatie moet zelfverzekerd zijn, en bewust niet alleen ‘ontvanger’ zijn maar ook ‘teruggever’. Het grote geheim, aldus Van den Braber, is een juiste balans. Beide partijen moeten het gevoel hebben dat ze net zo veel uit de geefrelatie halen, als dat ze erin stoppen. Dat is nog best lastig, aangezien de investeringen vaak niet meetbaar zijn.
Stap 1: breng je plannen, doelen en verwachtingen in kaart
Begin voordat je een mecenas benadert, met het in kaart brengen van je eigen plannen, doelen en verwachtingen. Wat wil je uit de relatie halen: geld, status, nieuwe contacten? Waar liggen je grenzen? Ga uit van jouw agenda, niet van die van een mogelijke weldoener. Wanneer je zelfverzekerd naar buiten treedt met je eigen voorwaarden, zal je zien dat je mensen aantrekt die bij je passen.
Stap 2: de giftuitwisseling
Hierbij gaan verschillende soorten kapitaal over en weer.
- De mecenas kan als financier economisch kapitaal verstrekken: materiële steun in de vorm van geld, of werkmaterialen.
- Daarnaast is er sociaal kapitaal in de vorm van een netwerk, connecties en het faciliteren van sociale zichtbaarheid.
- Ten slotte biedt de mecenas de kunstenaar narratief kapitaal. Door jullie uit te kiezen en achter je organisatie te gaan staan, legitimeert de mecenas jullie activiteiten. Je bent nu een ‘uitverkoren’ organisatie. Dit laatste aspect verhaal is een immateriële gift. Dit narratief kapitaal stroomt ook de andere kant op. Doordat de gift geaccepteerd wordt door de organisatie, kan de mecenas zich identificeren en presenteren als iemand met diepgang en een interessant verhaal.
Bij die status van prestigieuze weldoener horen sociale privileges. Daarnaast bied je als organisatie intellectueel en cultureel kapitaal aan je mecenas: kennis (over jullie organisatie, jullie programma); nabijheid (toegang tot je organisatie en het ‘magische’ creatieve denk- en maakproces) en impact (de mecenas kan iets wezenlijks bijdragen aan kunst). Wat voor veel culturele organisaties dagelijkse kost is, kan iemand uit een andere wereld erg inspireren en waardevolle inzichten opleveren.
Stap 3: het publiek maken van de geefrelatie
De derde stap is het publiek maken van de geefrelatie. Dat kan door deze te benoemen in jullie communicatie (sociale media, openingen, publicaties). Hoe meer mensen de relatie erkennen en waarderen, des te meer prestige en aanzien beide partijen verzamelen. Het risico is dat, wanneer de relatie uit balans raakt of stukloopt, beide partijen geloofwaardigheid verliezen. Daarom is het strategisch handig om de nadruk te leggen op een onbaatzuchtige samenwerking. Iedereen weet dat zuiver belangeloze relaties niet bestaan, maar jullie hoeven niet uit te spreken welk ondeelbaar profijt beide partijen hebben. Laat vooral zien dat je een gelegitimeerde gift ontvangt waar jullie trots op kunnen zijn.
Een mecenas: iets voor jou?
Of jullie gebaat zijn bij een mecenas, hangt af van je praktijk. Ondersteuning kan jullie veerkracht, draagvlak, zelfvertrouwen en autonomie opleveren. Maar Van den Braber en Van Leendert komen in hun onderzoek ook veel vooroordelen en twijfels tegen. De meest voorkomende:
- Jullie wil jullie autonomie niet opgeven – wat als een mecenas zeggenschap denkt te kopen en invloed wil hebben op jullie activiteiten?
- Vragen kan zorgen voor imagoschade, jullie lijken hulpbehoevend in plaats van succesvol en onafhankelijk.
- Schuldgevoel: er zijn anderen die de steun veel harder nodig hebben.
- Jullie willen niet opdringerig of als bedelaar overkomen.
- De angst dat jullie jullie belofte niet kunnen inlossen of niet genoeg of het juiste kunnen teruggeven.
- Vragen is eng – jullie stellen je kwetsbaar op en er is kans op afwijzing van zowel de gever als het publiek die mogelijk een oordeel heeft over het feit dat jullie vragen.
- Geld geven (en waarde toekennen) is niet de rol van het publiek – het is fijner als professionals dat doen.
De keuze is uiteindelijk aan jullie . Wat hierbij helpt is om te onderzoeken wat (artistieke) autonomie voor jullie betekent, en wanneer die wordt bedreigd (of juist vergroot). Bedenk ook van tevoren waar jullie grenzen liggen op het gebied van ethiek en integriteit. En wat is voor jullie de ideale balans tussen warme betrokkenheid en gepaste afstand van een mecenas? Bespreek dat met elkaar: goed verwachtingsmanagement voorkomt teleurstellingen. Mecenaatrelaties zijn er in allerlei soorten en jullie hebben zelf in de hand hoe jullie deze vorm geven. De echte meerwaarde van een samenwerking is niet zozeer de materiële gift, maar het feit dat jullie allebei nieuwe werelden openen voor elkaar.