Bron

Rijksoverheid

Kamerbrief over maatregelen ter bevordering positie van jongeren

11 mei 2023

Staatssecretaris Van Ooijen (VWS), minister Dijgraaf (OCW), minister Van Gennip (SZW), minister Wiersma (Onderwijs) en staatssecretaris Uslu (CM) informeren de Tweede Kamer over maatregelen ter bevordering van de positie van jongeren.

Met deze brief willen zij tonen dat het kabinet oog heeft voor de zorgen van jeugdigen en daarbij een zo volledig mogelijk overzicht bieden van wat dit kabinet doet en nog gaat doen om de positie van jongeren in de maatschappij te bevorderen. In de brief van 13 april 2023 staat ook een paragraaf over de cultuurdeelname van jongeren. Deze is hieronder overgenomen.

” Cultuurdeelname draagt bij aan het welzijn van jongeren.59 Samen cultuur maken en cultuur beleven verbindt jongeren met anderen, vergroot hun veerkracht en draagt bij aan hun persoonlijke ontwikkeling. Veel jongeren wonen graag in aantrekkelijke steden met divers en hoogwaardig cultuuraanbod. De hoeveelheid cultureel kapitaal waarover jongeren beschikken heeft invloed op de mate waarin zij in staat zijn hun leven zelf vorm te geven. Dit blijkt uit onderzoek door het SCP dat door de SER wordt aangehaald.60 In het reguliere cultuurbeleid is ruim aandacht voor jongeren en hun cultuurdeelname. Het kabinet heeft de afgelopen periode daarnaast geïntensiveerd op een aantal plekken om meer jongeren te bereiken. Met de Impuls Jongerencultuur geeft het kabinet extra ondersteuning aan lokale plekken en initiatieven voor jongeren. Hiermee worden jongeren in staat gesteld om zich creatief te ontwikkelen, zowel in de stad als in de regio. De impuls bestaat uit vier maatregelen:

  • Het kabinet investeert € 5 miljoen extra in de regeling Samen Cultuurmaken van het Fonds voor Cultuurparticipatie (FCP) om de cultuurdeelname door jongeren te ondersteunen. Initiatieven in kleinere gemeenten kunnen een beroep doen op deze regeling. Eerder is bijvoorbeeld met de regeling Samen Cultuurmaken het project Future Me door Stichting Binnenstebuiten gehonoreerd. Het gaat om jongeren in een gesloten jeugdzorginstelling in Harreveld, die voor behandeling zijn opgenomen en daardoor geen toegang hebben tot kunst en cultuur in de vrije tijd. Voor hen wordt aanbod ontwikkeld. De betrokken kunstenaars, pedagogisch medewerkers en docenten worden getraind om hen hierin te begeleiden.
  • Voor de grotere steden (G4 en G40) is er een regeling die activiteiten en vormen stimuleert van eigentijdse cultuurbeoefening. Daarbij wordt gedacht aan repetitieruimtes, broedplaatsen, creatieve hubs en andere plekken waar jongeren zich organiseren.
  • Het kabinet investeert extra in initiatieven die de mentale gezondheid van jongeren versterken door cultuur. OCW en VWS werken hiervoor samen. Voorbeelden zijn de extra Open Oproep binnen de regeling Samen Cultuurmaken van het Fonds voor Cultuurparticipatie die gericht is op het subsidiëren van culturele activiteiten door, voor en met jongeren middels actieve cultuurdeelname in buurten en wijken. Creativiteit, verbeelding, samenspel en de taal van bijvoorbeeld muziek bieden de jongeren nieuwe perspectieven én mentale veerkracht. Binnen deze regeling wordt structureel samengewerkt door zowel een culturele organisatie als een instelling uit het sociaal domein. Door actieve kennisdeling op projectniveau helpen de betrokken partijen elkaar om in gezamenlijkheid samen steeds sterkere projecten te ontwikkelen met een groeiende impact. Naast de Open Oproep voor projecten werken OCW en VWS aan een gezamenlijke opdracht voor artistieke podiumkunstproducties speciaal voor jongeren die het thema mentale gezondheid rond die producties bespreekbaar maken.
  • Ook investeert het Kabinet in 2022 en 2023 in de MBO Card. Door € 5,25 per student via de kaart beschikbaar te stellen, kan iedere mbo-student makkelijker kennismaken met cultuur.

Cultuuronderwijs op school geeft kinderen en jongeren de kans zich breed te ontwikkelen en hun talenten te ontdekken. Onderwijsinstellingen in het PO, VO en MBO en culturele organisaties slaan hiervoor de handen ineen. De jeugdgezelschappen ontwikkelen bijvoorbeeld dans-, muziek- en theatervoorstellingen voor jongeren. Deze stimuleren hen om zichzelf te uiten en anderen beter te begrijpen. Ook steunt het kabinet het Jeugdfonds Sport en Cultuur dat jongeren uit gezinnen met weinig geld helpt toch aan sport en cultuur te doen. Verder investeert het kabinet in een rijke schooldag via het programma School en Omgeving, waarin scholen samen met gemeenten en lokale partijen activiteiten aanbieden op het gebied van onder andere sport en cultuur. Hiermee zorgen we ervoor dat alle kinderen zichzelf in de volle breedte kunnen ontwikkelen, dus ook op het gebied van cultuur. De Raad voor Cultuur doet in het rapport ‘Jongeren en het zorgen voor hun morgen’ diverse aanbevelingen ter versterking van de arbeidsmarkpositie van jonge kunstenaars.63 Het kabinet geeft startende makers daarom extra aandacht. Het kabinet wil deze groep van startende cultuurmakers en jonge cultuurprofessionals via regelingen bij de zes Rijkscultuurfondsen een kans bieden een podium of werkplek te vinden en een CV en een professioneel netwerk op te bouwen.”