Lodewijk Asscher: ‘Festivals zijn meer dan een zomer-zuip-activiteit’

5 oktober 2020

Nog voor de chaos rond de ontheffingen in de podiumkunsten deze week losbarstte, lagen er al Kamervragen van de PvdA: hoe kan er zoveel onduidelijkheid zijn, zijn er eigenlijk wel richtlijnen verstrekt, en wordt er gewerkt aan extra steun voor de cultuursector?

Begin dit jaar, toen de coronacrisis zich in volle hevigheid over de cultuursector uitstortte, nam Lodewijk Asscher het woord. Hij citeerde in een debat de Britse leider Winston Churchill. Of nou ja: hij citeerde een anekdote die onterecht aan de premier wordt toegeschreven, maar die volgens Asscher te belangrijk is om daarmee af te schrijven. Middenin de Tweede Wereldoorlog adviseerde men Churchill te bezuinigen op cultuur. Niet belangrijk, in elk geval niet in tijden van oorlog, was de gedachte. Churchill weigerde en stelde: ‘Then what are we fighting for?’
 

Met die politieke overtuiging manifesteert Asscher zich deze coronacrisis als oppositieleider op het gebied van cultuur, gesteund door met name SP en GroenLinks. Ook deze week heeft Asscher zich weer geërgerd over de manier waarop het kabinet harde maatregelen voor de podiumkunsten presenteerde. ‘Cultuur is in de Nederlandse politiek stiefkinderlijk bedeeld’, zegt hij. ‘Omdat rechtse partijen denken dat het een linkse hobby is, en omdat deze minister blijkbaar denkt dat stille diplomatie effectiever is dan deze groep te representeren. Ik denk dat dat een fout is.’

Lees hier de rest van het interview met Asscher