Rijksoverheid
Nationale Technologiestrategie gepresenteerd
19 januari 2024
Op 19 januari presenteerde de minister van Economische Zaken en Klimaat Micky Adriaansens namens het kabinet de ‘Nationale Technologiestrategie'
Bedrijven, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en het kabinet gaan voorrang geven aan tien strategische technologieën. Die zijn nodig voor de Nederlandse banen en inkomsten van de toekomst, het oplossen van maatschappelijke uitdagingen en onze nationale veiligheid.
Ga hier direct naar:
Zo kan Nederland meedoen aan de razendsnelle technologische ontwikkelingen waarin andere landen binnen en buiten Europa fors en gericht investeren. Dat staat in de Nationale Technologiestrategie waarmee de ministerraad op voorstel van minister Adriaansens van Economische Zaken en Klimaat akkoord is gegaan.
Ondernemers, onderzoekers en overheid hebben gezamenlijk op een rij gezet voor welke technologieën en markten de grootste kansen voor Nederland liggen. Door in die technologieën te investeren, versterken we het (toekomstig) verdienvermogen, pakken we ongewenste afhankelijkheden en maatschappelijke uitdagingen aan en is technologisch leiderschap haalbaar.
De ambities voor deze tien technologieën zijn afzonderlijk uitgewerkt inclusief een doelstelling welke positie Nederland in 2035 moet hebben bereikt. Zoals wereldwijd toonaangevend zijn met het ontwikkelen en produceren van geïntegreerde fotonica of in de EU-kopgroep zijn qua fabricage en commercialisatie van quantumtechnologie. De tien technologieën waarin Nederlandse bedrijven en kennisinstellingen de komende jaren de meeste kansen kunnen gaan benutten zijn:
- optica en geïntegreerde fotonica
- quantum
- groene chemische productieprocessen
- biotechnologie gericht op moleculen en cellen
- beeldvormingstechnologie
- (opto)mechatronica (industriële systemen/machines en apparaten)
- kunstmatige intelligentie (AI) en data
- energiematerialen
- halfgeleiders
- cybersecurity
Sleuteltechnologieën
Sleuteltechnologieën zijn verschillende specifieke technologiën die cruciaal zijn voor toekomstige economische groei en waar Nederland wetenschappelijk in uitblinkt.
Deze technologieën zijn breed toepasbaar in (toekomstige) innovaties en diverse sectoren. Ze zitten daarom in het innovatiebeleid van het kabinet. Ze maken daardoor deel uit van de zogenoemde Kennis- en Innovatieagenda’s (KIA’s) en het Kennis- en Innovatieconvenant (KIC) waarbinnen bedrijfsleven, kennisinstellingen, overheden en andere organisaties gezamenlijk jaarlijks 5,7 miljard euro inzetten op innovatie.