Bron

LKCA

Nieuw onderzoek naar discriminatie en racisme in de sport- en cultuursector

5 januari 2024

Nieuw onderzoek naar discriminatie en racisme in de sport- en cultuursector

In opdracht van de Staatscommissie tegen Discriminatie en Racisme voerden het Verwey-Jonker Instituut en Movisie in samenwerking met het Mulier Instituut en LKCA verkenningen uit naar discriminatie en racisme in onder andere cultuursector.

Een van de vier opvallende resultaten uit het onderzoek is dat er te weinig gevoel van urgentie is om discriminatie en uitsluiting te agenderen en bespreekbaar te maken. Binnen de verkenning naar sport en cultuur is onderzocht welke discriminatieproblemen in die domeinen worden ervaren.

Per domein zijn twee discriminatieproblemen nader onderzocht.  Voor cultuur waren dit:

  1. ongelijke representatie en beloning op grond van sekse in de culturele sector, en
  2. discriminatie & uitsluiting in de museale sector.

LKCA droeg voor dit onderzoek bij aan:

  • De verkenning van de aard en omvang van discriminatieproblemen binnen de museale sector in Nederland.
  • Het in kaart brengen van de mechanismen die deze veroorzaken en in stand houden.
  • Het verzamelen maatregelen die oplossingen kunnen bieden.

Onderzoek naar discriminatie en uitsluiting in de museale sector

LKCA ging aan de slag met de vraag: is er sprake van discriminatie en uitsluiting op basis van etniciteit binnen de museale sector? Over de precieze omvang van discriminatie op grond van etniciteit binnen de museumsector zijn geen harde cijfers bekend. Dat wil niet zeggen dat er geen discriminatie is; het vermoeden is dat veel ervaringen en incidenten niet worden gemeld.

Vier opvallende resultaten uit het onderzoek

  1. Discriminatie en uitsluiting komen voor op alle niveaus van de sector: personeel, programma, publiek en samenwerkingspartners. Dat zorgt ervoor dat representatie en een gevoel van inclusie ontbreken.
  2. Er is te weinig reflectie op de totstandkoming van (koloniaal verworven) collecties.
    Binnen besturen en directies zijn medewerkers met een andere dan de Nederlandse witte etniciteit ondervertegenwoordigd.
  3. Er is te weinig gevoel van urgentie om discriminatie en uitsluiting te agenderen en bespreekbaar te maken

Enkele aanbevelingen uit het onderzoek

  • Blijf discriminatie en uitsluiting op grond van etniciteit agenderen en bespreekbaar maken op alle niveaus.
  • Reflecteer kritisch op taalgebruik: in personeelsadvertenties, beschrijvingen bij exposities, marketinguitingen, gesprekken tussen personeelsleden en in conversaties tussen publiek en personeel.
  • Vorm een multidisciplinaire denktank die onderzoekt, agendeert en eigenaarschap bevordert. En die bestaande maatregelen en aanbevelingen verder concretiseert.
  • Promoot en creëer kennisontwikkeling. Bijvoorbeeld over een meerstemmige culturele canon, het koloniaal verleden en migratiegeschiedenis(sen).

Korte conclusie

De sport- en cultuursector worden beide vaak genoemd als innovatieve en verbindende sectoren. Zij kunnen beschouwd worden als hulpmiddel om inclusie te realiseren. Hierdoor is er mogelijk minder oog voor de discriminatieproblemen en mechanismen die ook binnen deze sectoren spelen.

Het streven naar diversiteit en inclusie is niet hetzelfde als het bestrijden van discriminatie, racisme en uitsluiting. Toch wordt er vooral gesproken over diversiteit en inclusie. Hierdoor kan het lastig zijn om effectief beleid en vervolgacties te ontwikkelen om discriminatie tegen te gaan.

Om institutionele vormen van discriminatie en uitsluiting aan te pakken is meer nodig. Nu speelt de discussie wie hier de verantwoordelijkheid voor moet nemen of invloed kan uitoefenen.

Voortgangsrapportage van de Staatscommissie

Deze verkenningen vormen, samen met al bestaande deelrapporten over de arbeidsmarkt, onderwijs, sociale zekerheid en politie, de basis voor de voortgangsrapportage van de Staatscommissie:

Ontdek hier de publicatie  ‘Aard, omvang en oorzaken van discriminatie en racisme in Nederland’