Het Pon Telos
Verkenning ecologische voetafdruk culturele sector
7 juni 2024
In juni 2023 publiceerde de Raad voor Cultuur het advies Cultuur Natuurlijk, over de impact van ontwikkelingen rondom duurzaamheid op de culturele sector.
De milieu-impact van de culturele sector is niet goed in beeld. De Raad adviseert daarom om de voetafdruk te gaan monitoren, zodat instellingen inzicht krijgen in waar ze staan en successen te vieren. In opdracht van het ministerie van OCW heeft Het PON & Telos een verkenning uitgevoerd naar een aanpak voor het monitoren van de ecologische voetafdruk van de culturele sector.
- Lees hier meer over Cultuur Natuurlijk (Raad voor Cultuur advies).
- Ontdek hier het rapport van Het Pon Telos
Om deze verkenning uit te voeren is een vragenlijst uitgezet onder culturele organisaties die al met milieu-impactmonitoring aan de slag zijn gegaan. Deze vragenlijst is door 29 organisaties ingevuld – zodoende dienen de resultaten als indicatief, en niet als representatief, gelezen te worden. In aanvulling op de vragenlijst hebben we gesproken met betrokkenen uit het culturele veld en experts op het gebied van milieu-impactmonitoring.
Resultaten
Uit de verkenning blijkt dat een aantal koplopers al ver zijn met het monitoren van hun ecologische voetafdruk, maar dat het voor de sector in het algemeen nog een betrekkelijk nieuw thema is. Organisaties die al monitoren, doen dit veelal omdat ze inzicht willen hebben in hun verbruik en impact, om vervolgens actief op te kunnen sturen op bijvoorbeeld een lager energieverbruik. Het blijft voor hen echter zoeken naar de juiste indicatoren om in kaart te brengen, omdat hier vanuit de overheid geen duidelijke richtlijnen voor zijn.
Het is daarom voor de deelnemende culturele organisaties belangrijk dat de verwachtingen en eisen die er gesteld worden aan monitoring duidelijk zijn, evenals over de rol van de overheid hierin. In het rapport zijn verschillende scenario’s geïdentificeerd. Wij raden in de rapportage aan om, in gesprek met de verschillende deelsectoren en milieutechnische experts, te komen tot relevante indicatoren per deelsector, die allen gebaseerd zijn op de GHG-methode en waaraan dezelfde beginselen ten grondslag liggen.
Hier dient volgens ons spoedig mee begonnen te worden, omdat de koplopers zich anders op diverse manieren doorontwikkelen, terwijl er een grote groep culturele organisaties wacht met het starten met meten, in afwachting van methodologische houvast, ondersteuning (in vorm van kennis en/of financiële middelen), infrastructuur en gemeenschapsgevoel.