Bron

Rijksoverheid

Webmodule en handleiding over schijnzelfstandigheid blijven beschikbaar

28 maart 2025

De Hoge Raad heeft recent geoordeeld dat alle relevante factoren even zwaar moeten wegen bij het bepalen of iemand als zelfstandige werkt.

olgens minister Van Hijum van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft deze uitspraak slechts beperkte impact op bestaande regelingen rond schijnzelfstandigheid. Naar aanleiding van de uitspraak over het ondernemerschapscriterium in arbeidsrelaties beantwoordde minister Van Hijum Kamervragen, waarbij hij inging op diverse overheidsbronnen over schijnzelfstandigheid en het werken met zzp’ers.

Online hulpmiddelen blijven ongewijzigd

De online webmodule, waarin opdrachtgevers en opdrachtnemers via tien vragen een indicatie krijgen over de juiste contractvorm, blijft beschikbaar. Ook de handleiding ‘zzp: ja of nee’, met diverse praktijkvoorbeelden, blijft actueel. Beide hulpmiddelen zijn namelijk al in lijn met het Deliveroo-arrest en houden rekening met alle relevante gezichtspunten, zoals bevestigd door de Hoge Raad. Minister Van Hijum ziet dan ook geen noodzaak om de webmodule aan te passen.

De handleiding bevat niet in alle voorbeeldcasussen een expliciete beoordeling van ondernemerschap, maar dat is een bewuste keuze om de uitleg toegankelijk en beknopt te houden. Wel wordt gewerkt aan een uitbreiding met nieuwe casussen, waarin alle gezichtspunten aan bod komen. Deze extra voorbeelden worden naast de bestaande toegevoegd aan de webmodule, zodat gebruikers zowel eenvoudige als meer gedetailleerde situaties kunnen raadplegen.

Effect op handhaving en de wet VBAR

De minister ging ook in op de mogelijke gevolgen van de uitspraak voor het toezicht op schijnzelfstandigheid en het wetsvoorstel Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden (VBAR).

Volgens hem werkt de Belastingdienst al volgens de juiste uitgangspunten en weegt zij alle criteria gelijkwaardig mee bij het beoordelen van arbeidsrelaties. Dit is onder meer vastgelegd in de Handleiding bedrijfsbezoeken en boekenonderzoeken, die richtlijnen geeft voor belastinginspecteurs bij het controleren op schijnzelfstandigheid.

Wat de precieze impact is op het wetsvoorstel VBAR, is nog niet volledig duidelijk. Op dit moment is het criterium ‘ondernemerschap’ in de wet nog niet evenwichtig vormgegeven, terwijl dit volgens de recente uitspraak van de Hoge Raad wel zou moeten. Er vindt momenteel overleg plaats over hoe hiermee om te gaan in de verdere uitwerking van het wetsvoorstel.