Werkgevers en vakbonden: houdbaar coronaplan nodig om steeds nieuwe lockdowns te voorkomen
27 november 2021
FNV, CNV, VCP en ondernemersorganisaties VNO-NCW, MKB-Nederland en LTO Nederland willen zo snel mogelijk met het kabinet in gesprek over lange termijn perspectief.
Sociale partners in de Stichting van de Arbeid – vakbonden FNV, CNV, VCP en ondernemersorganisaties VNO-NCW, MKB-Nederland en LTO Nederland – willen zo snel mogelijk met het demissionaire kabinet in gesprek over een coronaplan dat Nederland zowel voor de korte termijn – deze winter – als voor de winter van volgend jaar weer perspectief biedt. ‘Het virus is voorlopig nog onder ons. We hebben een plan nodig om daarmee te leven, zonder steeds weer alles op slot te moeten gooien. Wij steken de hand uit om daar samen met het kabinet aan te gaan werken’, aldus sociale partners.
Het kabinet komt vanavond (26-11) opnieuw met maatregelen die bedrijven en instellingen, werknemers en de gehele samenleving weer keihard raken. Dat betekent in elk geval dat getroffen ondernemers en werknemers, zoals in de horeca en evenementenbranche, worden gecompenseerd en ondersteund,
vinden de vakbonden en ondernemersorganisaties.
Minstens zo belangrijk vinden zij dat er perspectief komt voor alle Nederlanders. Tuur Elzinga, voorzitter van FNV: ‘We zien dat het draagvlak voor het kabinetsbeleid afbrokkelt en het water bij de mensen in de zorg tot de lippen staat. Het is belangrijk dat er wordt nagedacht over een beter pakket dat ook de oplossingen biedt voor het komende jaar. Vanuit onze achterban zijn daar veel goede ideeën over. In ieder geval leidt het zigzagbeleid waar het demissionair kabinet nu steeds in vervalt, tot meer controverse in de maatschappij.’
Ingrid Thijssen, voorzitter van VNO-NCW: ‘We willen in gesprek met het kabinet over wat er nodig is, bijvoorbeeld in de zorg, om te kunnen leven met het virus zonder steeds de samenleving geheel of gedeeltelijk dicht te doen. Daarover willen wij op korte termijn graag meedenken en meepraten. Want zonder plan houden we het met elkaar niet vol.’