Bron

Div

Klokkenluidersregeling vaak ook verplicht bij inzet vrijwilligers

13 augustus 2025

Organisaties met minder dan vijftig werknemers zijn niet altijd vrijgesteld van de plicht tot een klokkenluidersregeling.

Krijgen vrijwilligers een vergoeding en kom je daarmee boven de grens van vijftig personen, dan geldt de verplichting alsnog. Dat blijkt uit de regels van de Wet bescherming klokkenluiders (Wbk).

Volgens de Wbk moet iedere organisatie met minimaal vijftig werknemers beschikken over een interne meldregeling. Deze procedure moet voldoen aan specifieke wettelijke eisen. Onder het begrip ‘werknemer’ vallen niet alleen mensen met een arbeidsovereenkomst of publiekrechtelijke aanstelling, maar ook personen die “anderszins in een ondergeschiktheidsrelatie tegen een vergoeding arbeid verrichten”, zoals oproepkrachten, uitzendkrachten en gedetacheerden. Zzp’ers tellen in principe niet mee, omdat er doorgaans geen ondergeschiktheidsrelatie bestaat.

Vrijwilligers en stagiairs gelden wél als ‘werknemer’ in de zin van de wet, mits zij een vergoeding ontvangen. De hoogte of vorm van die vergoeding is daarbij niet relevant. Hierdoor kan een organisatie die minder dan vijftig vaste werknemers heeft, maar veel vrijwilligers met een vergoeding inzet, toch verplicht zijn een meldprocedure op te stellen.

De meldregeling kan worden opengesteld voor iedereen die werkgerelateerde activiteiten verricht of heeft verricht voor de organisatie, ongeacht of daar een vergoeding tegenover staat. Daarmee krijgen ook onbetaalde vrijwilligers toegang tot de interne procedure.

Hoewel het opstellen en handhaven van een klokkenluidersregeling extra administratieve lasten met zich meebrengt, biedt het ook voordelen. Ontbreekt zo’n interne procedure, dan is de kans groter dat melders met vermoedens van misstanden direct naar externe instanties stappen. De organisatie verliest dan de mogelijkheid om het probleem eerst intern op te lossen.