Cultuurbeleid provincies

Laastste update op 20 maart 2023

In Nederland zijn zowel provincies als gemeenten verantwoordelijk voor de uitvoering van hun eigen cultuurbeleid. De rijksoverheid is verantwoordelijk voor het financiële en wetgevende kader, terwijl de provincies de regionale spreiding en het onderhoud van instellingen buiten de gemeentegrenzen voor hun rekening nemen.

Ook zijn zij verantwoordelijk voor de toegankelijkheid van kunsteducatieve voorzieningen in de provincie regio’s. Omdat zij de culturele interacties tussen hun niveau en de gemeenten overzien, zien zij zichzelf als de ‘makelaar’ tussen deze lagen.

Volgens het IPO is hun provinciaal niveau het meest flexibel als het gaat om de toewijzing van middelen en het aanwijzen van instrumenten, in tegenstelling tot de rijksoverheid en de gemeenten die hun investeringen vooral verankeren in rijksfondsen, culturele instellingen en lokale voorzieningen. Als het gaat om het verstrekken van subsidies, leveren Nederlandse provincies middelen aan culturele initiatieven die het regionale belang overstijgen, omdat ze actief de bevordering van regionale culturele identiteiten op (inter)nationaal niveau ondersteunen. Provincies bewaken ook de aansluiting van cultuur op andere beleidsterreinen, zoals ruimtelijke ordening, de culturele en creatieve industrie en sociaal beleid.

De Nederlandse overheid heeft zich de afgelopen jaren gericht op het decentraliseren van haar taken door het financieren van culturele voorzieningen verspreid over de regio’s West, Noord, Oost, Zuid en Midden, maar ook in de steden Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. In de nabije toekomst zal de nadruk liggen op intensivering van de samenwerking op het gebied van cultuurbeleid tussen de rijksoverheid en andere overheidsniveaus.